oecumene

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  oecumene    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • oe·cu·me·ne
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘algemene kerk’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1952 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord oecumene oecumenes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deoecumenev/m

  1. beweging die de eenheid van (diverse groepen binnen) een religie nastreeft
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord oecumene staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
77 %van de Nederlanders;
72 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.