omzeggen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  omzeggen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • om·zeg·gen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

omzeggen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
omzeggen
zegde om
omgezegd
zwak -d volledig
  1. algemeen bekend maken dat iemand is overleden

Gangbaarheid

  • Het woord 'omzeggen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
62 %van de Nederlanders;
70 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.