onderhavig

Niet te verwarren met: onderhevig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  onderhavig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • on·der·ha·vig
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘waarvan op het ogenblik sprake is’ voor het eerst aangetroffen in 1818 [1]
  • Van Duits das unterhabene met het achtervoegsel -ig [2]
stellend
onverbogen onderhavig
verbogen onderhavige
partitief onderhavigs

Bijvoeglijk naamwoord

onderhavig

  1. wat onder beschouwing is, het betreffende
    • Het onderhavige geval is duidelijk uitzonderlijk. 

Gangbaarheid

  • Het woord onderhavig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
78 %van de Nederlanders;
74 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.