ongenoegen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ongenoegen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • on·ge·noe·gen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ongenoegen ongenoegens
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetongenoegeno

  1. ontevredenheid
    • Ondanks alle rijkdom is er toch nog een hoop ongenoegen in de samenleving. 
  2. ruzie, onenigheid, boosheid
    • Er was altijd ongenoegen tussen de kinderen die het nooit mel elkaar eens waren. 
Verwante begrippen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
  • ongenoegenheid
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ongenoegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.