onheus

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  onheus    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • on·heus
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘onbeleefd’ voor het eerst aangetroffen in 1642 [1]
  • antoniem van heus met het voorvoegsel on- [2]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen onheusonheuseronheust
verbogen onheuseonheusereonheuste
partitief onheusonheusers-

Bijvoeglijk naamwoord

onheus [3]

  1. niet voorkomend
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
  • onheusheid
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord onheus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.