opwekking

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opwekking    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·wek·king
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van opwekken met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud meervoud
naamwoord opwekking opwekkingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deopwekkingv

  1. (religie) een beweging die tracht het geloof nieuw leven in te blazen
    • De term opwekking wordt vooral door de pinksterbeweging en evangelicals gebruikt. 
  2. (techniek) het produceren van elektrische energie uit een energiebron van andere aard
    • De opwekking van duurzame energie is een veelbesproken zaak vanwege de klimaatsverandering waaraan onze planeet onderhevig is. 
  3. (elektrotechniek) decentrale ~ het zeer lokaal (bij de afnemers zelf) opwekken van elektriciteit en/of warmte die ook aan het net wordt geleverd
    • Om de groei van decentrale opwekking (DO) te accommoderen moeten regionale netwerkbedrijven investeren in hun laagspanningsnetwerken.[1] 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord opwekking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.