orgelvogels

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  orgelvogels    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • or·gel·vo·gels
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord orgelvogels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deorgelvogelsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord orgelvogel
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) Cracticinae  een onderfamilie van vogels uit de orde zangvogels. Volgens de IOC World Bird List versie 4.4. is de familie cracticidae opgegaan in de familie Artamidae , waartoe vóór deze samenvoeging alleen de zogenaamde spitsvogels van het geslacht Artamus  behoorden
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'orgelvogels' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.