partituur

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  partituur    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • par·ti·tuur
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘volledige notering van orkestbegeleiding’ voor het eerst aangetroffen in 1766 [1]
  • via Hoogduits en Italiaans uit het Latijn partitura[2]
enkelvoud meervoud
naamwoord partituur partituren
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

departituurv [3]

  1. (muziek) volledige notering van een meerstemmige compositie waarin alle afzonderlijke partijen onder elkaar genoteerd staan
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord partituur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.