past af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  past af    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈpɑst ˈɑf/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • past af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afpassen

past (…) af

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpassen
    • Jij past af. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpassen
    • Hij past af. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van afpassen
    • Past af! 

Gangbaarheid

  • Het woord past af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.