pendant
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: pendant (hulp, bestand)
- IPA: / pɛnˈdɑnt / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- pen·dant
Woordherkomst en -opbouw
- van Frans pendant zn , dat teruggaat op Latijn pendere ww in de betekenis van ‘tegenhanger’ voor het eerst aangetroffen in 1861 [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pendant | pendanten |
verkleinwoord | pendantje | pendantjes |
Zelfstandig naamwoord
pendant m/o
- (kunst) Een kunstobject dat tegenhanger is van een ander kunstobject.
- Bij uitbreiding: Elk voorwerp of persoon dat een tegenhanger is van een ander.
- De Kerstman is de Amerikaanse pendant van Sinterklaas.
- (verouderd) Een sieraad dat bedoeld is om aan een halsketting of halsring te hangen, of aan de oorlel (een oorhanger).
Gangbaarheid
- Het woord pendant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pendant" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
67 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ pendant op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "pendant" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Welsh
Bijvoeglijk naamwoord
pendant
Antoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.