plekke

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  plekke    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈplɛkə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • plek·ke
Woordherkomst en -opbouw
  •  plek zn  met de uitgang -e

Zelfstandig naamwoord

plekke

  1. datief vrouwelijk  van plek, op die plaats
    • Hij was al snel ter plekke. 
    • We hebben de laatste ontwikkelingen hier live bijgehouden voor je, inclusief video's, achtergrondinformatie en commentaar van onze verslaggevers ter plekke. Het liveblog is inmiddels gesloten, maar hieronder valt alles terug te lezen. [1] 

Werkwoord

vervoeging van
plekken

plekke

  1. aanvoegende wijs van plekken

Gangbaarheid

  • Het woord plekke staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Nedersaksisch

Zelfstandig naamwoord

plekke

  1. plek

Urkers

Zelfstandig naamwoord

plekke

  1. plek

Veluws

Zelfstandig naamwoord

plekke

  1. plek

West-Vlaams

Zelfstandig naamwoord

plekke

  1. plek
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.