ploten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ploten (hulp, bestand)
Woordafbreking
- plo·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
ploten |
plootte |
geploot |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
ploten [2]
- overgankelijk schapenvellen van de wol ontdoen
Afgeleide begrippen
- plootwol, ploter
Verwante begrippen
Zelfstandig naamwoord
de ploten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord ploot
Gangbaarheid
- Het woord ploten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ploten" herkend door:
10 % | van de Nederlanders; |
19 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ ploten op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.