prevenir

Catalaans

stamtijd
tegenw.
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
previnc prevenia previngut
3e vervoeging volledig onregelmatig

Werkwoord

prevenir

  1. waarschuwen, verwittigen
  2. verhinderen, voorkomen, afwenden


Spaans

Woordafbreking
  • pre·ve·nir

Werkwoord

prevenir

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
prevenir
prevenía
prevenido
volledig
  1. overgankelijk waarschuwen, verwittigen
  2. overgankelijk verhinderen, afwenden, voorkomen, beletten
  3. overgankelijk voorzien van
  4. overgankelijk voorbereiden, klaarmaken
Synoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.