principaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  principaat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • prin·ci·paat
Woordherkomst en -opbouw
  • van het Griekse ρχαι met het achtervoegsel -aat
  • afgeleid van het Latijnse princeps met het achtervoegsel -aat
enkelvoud meervoud
naamwoord principaat principaten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deprincipaatv [1]

  1. het prins zijn
  2. het gebied waarover de prins regeert
  3. primaatschap
  4. benaming voor een groep van hemelse geesten, met alle hemelse deugden die de goddelijke geboden uitvoeren (en het z.g. zevende koor der Engelen vormen)

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord principaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.