priorschap
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: priorschap (hulp, bestand)
Woordafbreking
- pri·or·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | priorschap | priorschappen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het priorschap o
- het prior zijn; de functie van prior
- ▸ Het is wel zo dat Hendrik van Zutphen na zijn priorschap in Dordrecht theologie heeft gestudeerd bij onder anderen Maarten Luther in Wittenberg.[2]
Gangbaarheid
- Het woord priorschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Jan van Reenen“De rust van het augustijnenklooster in Dordt” (29 maart 2011), Reformatorisch Dagblad
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.