ransomware
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ransomware (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ran·som·ware
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ransomware | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de ransomware m
- (informatica) op de computer terecht gekomen malware die de gegevens op het systeem ontoegankelijk maakt waarna vrijgave alleen mogelijk zou zijn als de chanteur een bedrag zou worden betaald
- Britse ziekenhuizen zeggen dat ze het slachtoffer zijn geworden van een grootschalige cyberaanval.
Ziekenhuizen in het gehele land werden getroffen door een ransomware-aanval, schrijft The Guardian. Daarbij worden getroffen systemen gegijzeld tot de gebruiker een geldbedrag overmaakt. [1] - Burgemeester LaToya Cantrell van New Orleans heeft vrijdag de noodtoestand uitgeroepen in de stad. De aanleiding voor deze maatregel is een ransomware-uitbraak op de computersystemen van overheidsinstellingen. [2]
- Britse ziekenhuizen zeggen dat ze het slachtoffer zijn geworden van een grootschalige cyberaanval.
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord ransomware staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Engels
Zelfstandig naamwoord
ransomware
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.