reconvalescentie

Nederlands

Uitspraak

Geluid: reconvalescentie (hulp, bestand)
IPA: / ˌrekɔɱvalɛˈsɛn(t)si / (6 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˌrekɔnvalɛˈsɛntsi/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˌrekɔnvalɛˈsɛntsi/

Woordafbreking

re·con·va·les·cen·tie

Woordherkomst en -opbouw

afgeleid van reconvalescent met het achtervoegsel -ie

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	reconvalescentie	reconvalescenties
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de reconvalescentie v

(medisch) het herstel na een ziekte

Vertalingen

1. het herstel na een ziekte

Engels: reconvalescence ^(en)

Spaans: convalecencia ^(es) v

Gangbaarheid

Het woord reconvalescentie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "reconvalescentie" herkend door:

47 %	van de Nederlanders;
51 %	van de Vlamingen.^[1]

Verwijzingen

↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.