rekwisiet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rekwisiet    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • re·kwi·siet
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘benodigdheid’ voor het eerst aangetroffen in 1508 [1] [2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord rekwisiet rekwisieten
verkleinwoord rekwisietje rekwisietjes

Zelfstandig naamwoord

hetrekwisieto

  1. een voorwerp dat gebruikt wordt bij o.a. toneelvoorstellingen en films
    • De rekwisieten waren nog niet gebracht door het bedrijf. 
Hyponiemen
  • toneelrekwisiet
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord rekwisiet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.