retouche

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  retouche    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • re·tou·che
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘het bijwerken’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord retouche retouches
verkleinwoord retoucheje
retouchetje
retouchejes
retouchetjes

Zelfstandig naamwoord

deretouchev/m

  1. het bijwerken (retoucheren) van foto's enz
  2. bijgewerkte plaats op een schilderij, foto enz

Gangbaarheid

  • Het woord retouche staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
80 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.