riff
| Niet te verwarren met: rif |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: riff (hulp, bestand)
- IPA: / rɪf / (1 lettergreep)
Woordafbreking
- riff
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Engels [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | riff | riffs |
| verkleinwoord | riffje | riffjes |
Zelfstandig naamwoord
de riff m
- (muziek) ritmisch (gitaar)loopje; ritmisch basispatroon
- ▸ Surfrocker Dick Dale, de man van de Pulp Fiction-riff, is overleden: de gitarist stierf zaterdag op 81-jarige leeftijd, bevestigt zijn vaste bassist Sam Bolle.[2]
Synoniemen
- ostinato
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord riff staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "riff" herkend door:
| 45 % | van de Nederlanders; |
| 51 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ riff op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron “Wekdienst 18/3: pensioenacties en verdachten Kasteelmoord in hoger beroep” (18-03-2019), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.