rips

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rips    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • rips
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘geribde stof’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1861 [1] [2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord rips -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetripso [4]

  1. dicht geweven geribde stof
Afgeleide begrippen
  • ripspapier
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord rips staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
30 %van de Nederlanders;
21 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.