road
Engels
Uitspraak
- Geluid: road (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /roʊd/
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Oudengelse woord "rād" (een reis te paard), verwant met het Oudengelse woord "rīdan " (rijden).
enkelvoud | meervoud |
---|---|
road | roads |
Zelfstandig naamwoord
road
- straat, rijksweg, straatweg, weg
- (figuurlijk) koers, weg
- (scheepvaart) rede
- (mijnbouw) transporttunnel (in een mijn)
Synoniemen
Afgeleide begrippen
- [1]: railroad
- [2]: inroad
- [3]: roadstead
Verwante begrippen
- [1]: route
Uitdrukkingen en gezegden
- [1]: on the road
en route, op reis, onderweg, op weg
- [2]: down the road
in de toekomst, op een later tijdstip
Nedersaksisch
Zelfstandig naamwoord
road
Veluws
Zelfstandig naamwoord
road
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.