samenlopen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  samenlopen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sa·men·lo·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
samenlopen
liep samen
samengelopen
klasse 7 volledig

Werkwoord

samenlopen [1]

  1. onovergankelijk zich in een punt verenigen
Verwante begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

desamenlopenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord samenloop

Gangbaarheid

  • Het woord samenlopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.