satraap

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  satraap    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sa·traap
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘Perzisch stadhouder’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1615 [1] [2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord satraap satrapen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

desatraapm

  1. bestuurder van een provincie in het oude Perzische rijk
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord satraap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
22 %van de Nederlanders;
26 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.