satureren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  satureren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sa·tu·re·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Franse saturer [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
satureren
satureerde
gesatureerd
zwak -d volledig

Werkwoord

satureren [2]

  1. (natuurkunde) overgankelijk verzadigen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord satureren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.