schansloper

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  schansloper    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • schans·lo·per
Woordherkomst en -opbouw
  • Uit het Nederduits [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord schansloper schansspringers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deschansloperm

  1. (kleding) overjas die tegen weer en wind is bestand, vroeger vooral gedragen door zeelieden
  2. (dierkunde) oud paard
  3. (scheldwoord) waardeloos persoon
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'schansloper' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.