schapraai

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  schapraai    (hulp, bestand)
  • IPA: /sxɑpˈraj/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • schap·raai
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schapraai schapraaien
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deschapraaiv/m

  1. kast met planken, vaak gebruik voor een kast in de keuken waarin voedsel wordt bewaard
    • Hebt gij soms op dit moment in uw schapraai geen haan of hen of iets anders om te eten? [3]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord schapraai staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
9 %van de Nederlanders;
34 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.