sinister

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sinister    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • si·nis·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘onheilspellend’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1669 [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen sinistersinisterdersinisterst
verbogen sinisteresinisterderesinisterste
partitief sinisterssinisterders-

Bijvoeglijk naamwoord

sinister

  1. onheilspellend

Gangbaarheid

  • Het woord sinister staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Engels

Bijvoeglijk naamwoord

sinister

  1. (heraldiek) links
Antoniemen

Latijn

Bijvoeglijk naamwoord

sinister

  1. linker, links
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.