sjiek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sjiek    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʃik/
Woordafbreking
  • sjiek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sjiek sjieken
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

sjiek v / m [2]

  1. pruim, tabakspruim
Afgeleide begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

sjiek

  1. verouderde spelling of vorm van chic tot 1996
Opmerkingen
  • Deze spelling kwam in de 19e eeuw al voor[3] en was in het Groene Boekje uit 1954 een 'toegelaten schrijfwijze'.

Gangbaarheid

  • Het woord sjiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
78 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.