slokker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  slokker    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • slok·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord slokker slokkers
verkleinwoord slokkertje slokkertjes

Zelfstandig naamwoord

deslokkerm

  1. iemand die snel veel eet
  2. iemand die veel drank gebruikt
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord slokker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
62 %van de Nederlanders;
74 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.