smeden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: smeden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- sme·den
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘metaal bewerken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
smeden |
smeedde |
gesmeed |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
smeden
- overgankelijk, (metallurgie) het bewerken van metalen door deze heet te maken en met een hamer te slaan om het materiaal de gewenste vorm te geven
- IJzer moet je smeden wanneer het heet is.
Hyponiemen
- aaneensmeden, aansmeden, afsmeden, bijsmeden, hersmeden, koudsmeden, omsmeden, oversmeden, samensmeden, uitsmeden, versmeden
Afgeleide begrippen
- gesmeed, smeder, smederij, smedig, smeding, smeedbaar, smeedijzer, smeedkunst, smeedstaal, smeedwerk, smijdig
Vertalingen
Zelfstandig naamwoord
de smeden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord smid
Gangbaarheid
- Het woord smeden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "smeden" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "smeden" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.