snog

Engels

vervoeging
onbepaalde wijs to  snog 
he/she/it  snogs 
verleden tijd  snogged 
voltooid
deelwoord
 snogged 
onvoltooid
deelwoord
 snogging 
gebiedende wijs  snog 

Werkwoord

snog

  1. (straattaal) gepassioneerd kussen, tongzoenen, binnendoen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.