specialisatie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  specialisatie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • spe·ci·a·li·sa·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord specialisatie specialisaties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

despecialisatiev

  1. het gespecialiseerd zijn, het zich specialiseren
    • De Deens-Franse econoom Ester Boserup liet in het midden van de vorige eeuw al zien dat een groeiende bevolking overal, ook in de armste landen, leidt tot een hogere productiviteit, omdat een grotere populatie meer ruimte biedt aan specialisatie, en omdat onderwijs en ideeën zich sneller verspreiden. [1] 
  2. vakgebied waarin men gespecialiseerd is
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • specialisatiemogelijkheid

Gangbaarheid

  • Het woord specialisatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.