speelgoedhandel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  speelgoedhandel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • speel·goed·han·del
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord speelgoedhandel speelgoedhandels
verkleinwoord speelgoedhandeltje speelgoedhandeltjes

Zelfstandig naamwoord

despeelgoedhandelm

  1. (speelgoed) (handel) zaak waar speelgoed en spellen worden verkocht, speelgoedwinkel
  2. (speelgoed) (handel) handel in speelgoed

Gangbaarheid

  • Het woord 'speelgoedhandel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.