spinzen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  spinzen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • spin·zen
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Frans [1]

Werkwoord

spinzen [2]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
spinzen
spinsde
gespinsd
zwak -d volledig
  1. loeren om iets te kunnen krijgen
     Van Hanegem benadrukte op de golfbaan dat hij helemaal geen interesse heeft in een plek in de technische staf. 'Ik heb Mario verzekerd dat ik nergens op zit te spinzen.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord spinzen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
20 %van de Nederlanders;
15 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. spinzen op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Weblink bron “Gesprek Been en Van Hanegem krijgt vervolg” (27-01-2011), Tubantia
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.