sponde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sponde    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈspɔndə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • spon·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sponde sponden
verkleinwoord spondetje spondetjes

Zelfstandig naamwoord

despondev/m

  1. bed
    • Toen zijn vrouw 's morgens wakker werd en haar man niet naast haar trof in de echtelijke sponde waarschuwde zij de politie. 

Gangbaarheid

  • Het woord sponde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
68 %van de Nederlanders;
72 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.