stay

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  stay (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /steɪ/
vervoeging
onbepaalde wijs to  stay 
he/she/it  stays 
verleden tijd  stayed 
voltooid
deelwoord
 stayed 
onvoltooid
deelwoord
 staying 
gebiedende wijs  stay 

Werkwoord

stay

  1. blijven, verblijven
Uitdrukkingen en gezegden
  • to stay back
    • weg van iets blijven
  • to stay at
    • aan iets blijven werken
  • to stay in
    • binnen iets blijven
  • to stay out
    • uit iets blijven
  • to stay up
    • opblijven
  • to stay over
    • ergens blijven
  • to stay by
    • dicht bij even blijven
  • to stay put
    • nergens weggaan
  • to stay down
    • liggen
  • to stay out of sight
    • uit het zicht blijven
  • to stay on top of
    • de bovenste positie behouden
    • geïnformeerd zijn
  • to stay abreast of something
    • de meest recente informatie hebben over iets
  • (figuurlijk) to stay on toes
    • alert zijn
enkelvoud meervoud
stay stays

Zelfstandig naamwoord

stay

  1. (scheepvaart) stag
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.