suffragaan

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  suffragaan    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • suf·fra·gaan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord suffragaan suffraganen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

desuffragaanm

  1. (religie) bisschop of bisdom dat onderhorig is aan een aartshertog
  2. (religie) vergadering van hogere bisschoppen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord suffragaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
26 %van de Nederlanders;
44 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.