suzerein
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: suzerein (hulp, bestand)
Woordafbreking
- su·ze·rein
Woordherkomst en -opbouw
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | suzerein | suzereinen |
| verkleinwoord | suzereintje | suzereintjes |
Zelfstandig naamwoord
de suzerein m
- opperleenheer
- (politiek) (regering) staat die de macht over een protectoraat uitoefent
- Nederland was in de 20e eeuw suzerein over vier Javaanse vorsten in Nederlands-Indië
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord suzerein staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "suzerein" herkend door:
| 10 % | van de Nederlanders; |
| 25 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ suzerein op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.