tío

Spaans

enkelvoud meervoud
tío tíos

Zelfstandig naamwoord

tío m

  1. (familie) oom
  2. soms aanspreektitel voor gehuwde of oudere mannen
  3. toffe knaap
  4. lomperik
  5. aanspreektitel voor vrienden of kameraden
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.