theorema

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  theorema    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • the·o·re·ma
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘uitspraak berustend op andere, eerder geaccepteerde stellingen’ voor het eerst aangetroffen in 1650 [1]
  • afgeleid van het Griekse [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord theorema theorema's
verkleinwoord theoremaatje theoremaatjes

Zelfstandig naamwoord

hettheoremao [3]

  1. (wiskunde) stelling
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord theorema staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
40 %van de Nederlanders;
57 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.