thesaurier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  thesaurier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • the·sau·rier
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘penningmeester’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1551 [1] [2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord thesaurier thesauriers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dethesaurierm

  1. (beroep) beheerder van de financiën
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • thesaurier-generaal, thesaurierschap
Verwante begrippen
  • mannelijke vorm van thesauriere

Gangbaarheid

  • Het woord thesaurier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
53 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.