toho

Oppersorbisch

Aanwijzend voornaamwoord

toho

  1. die; mannelijk bezield genitief enkelvoud van tón
  2. die; mannelijk onbezield genitief enkelvoud van tón
  3. dat; onzijdig genitief enkelvoud van tón
  4. die; mannelijk bezield accusatief enkelvoud van tón


Siraya

Zelfstandig naamwoord

toho

  1. (Taivoaans) boom
Synoniemen


Slowaaks

Uitspraak
  • IPA: /tɔɦɔ/

Aanwijzend voornaamwoord

toho

  1. genitief bezield mannelijk enkelvoud van ten
  2. genitief onbezield mannelijk enkelvoud van ten
  3. genitief onzijdig enkelvoud van ten
  4. accusatief bezield mannelijk enkelvoud van ten

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /tɔɦɔ/
  • Geluid:  toho    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • to·ho

Aanwijzend voornaamwoord

toho

  1. genitief bezield mannelijk enkelvoud van ten
  2. genitief onbezield mannelijk enkelvoud van ten
  3. genitief onzijdig enkelvoud van ten
  4. accusatief bezield mannelijk enkelvoud van ten
Verwante begrippen
  • tamtoho
  • tohoto
  • tu
Paroniemen
  • koho

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.