toma

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • to·ma
enkelvoud meervoud
toma tomas

Zelfstandig naamwoord

toma v

  1. het nemen
  2. het pakken

Verwijzingen

    Werkwoord

    vervoeging van
    tomar

    toma

    1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van tomar
    2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van tomar
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.