trad af

Uitspraak

• Geluid:  trad af    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• trad af

Woordherkomst en -opbouw

• uit trad (werkwoord) en af, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

trad af

1. enkelvoud verleden tijd van aftreden
   

   • Ik trad af. 
     
   • Jij trad af. 
     
   • Hij, zij, het trad af. 

Gangbaarheid

• Het woord trad af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.