tremor

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tremor    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • tre·mor
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘voortdurende trilling’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1624 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord tremor tremors
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

detremorm

  1. (medisch) beving
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tremor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
75 %van de Nederlanders;
65 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.