trillers

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  trillers    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • tril·lers
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord trillers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

detrillersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord triller
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) een geslacht Lalage  van de familie rupsvogels, trillers en menievogels (Campephagidae ). De naam triller slaat op het geluid dat de mannetjes maken: een triller, een snelle herhaling van steeds dezelfde toon
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord trillers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.