tronar

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • tro·nar
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
tronar
tronaba
tronado
volledig

Werkwoord

tronar

  1. onovergankelijk bulderen, donderen (van kanonnen)
  2. opspelen, tekeergaan
  3. failliet gaan

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.