truffa

Italiaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈtruffa/
Woordafbreking
  • truf·fa

Zelfstandig naamwoord

enkelvoud meervoud
truffa truffe

truffa v

  1. (misdaad) oplichterij, oplichting
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.