tuiste
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tuiste (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tuis·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
tuisen |
tuiste
- enkelvoud verleden tijd van tuisen
- Ik tuiste.
- Jij tuiste.
- Hij, zij, het tuiste.
- Ik tuiste.
Gangbaarheid
- Het woord tuiste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Afrikaans
Zelfstandig naamwoord
tuiste
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.